Miniblog: overleven zonder reserves
Ademend in de doofheid van blinde stilte.
Zo heb ik me maandenlang gevoeld. Mijn basis, wreed ontnomen
en onherkenbaar verminkt door vreemdelingen – ambassadeurs van de slopende
kracht die renovatie heet. Ontheemd, overspoeld met bijtende heimwee en
ontkrachtende pijn. Ik wankelende op gebroken fundamenten. Dolend als een
schaduw in een bekend vreemd huis dat vijandig aanvoelde.
Melt- en shutdowns volgden elkaar op in duizelingwekkende
vaart. De tijdelijke woning was vreselijk en bij thuiskomst bleek mijn eigen
huis onherstelbaar vernield. Alle meters sloegen uit naar de rode gevarenzone.
Bevend, dringend en alarmerend werd dat mijn bittere werkelijkheid. Het was een
besneeuwd pad zonder zicht, een oneindig brandend vuur, een afgrond zonder
bodem.
De woningbouwvereniging en de uitvoerders hielden zich niet
aan de planning. Beloften werden niet ingelost. Schade werd stelselmatig
ontkend. Dagelijks moest ik strijden voor rechtvaardigheid zonder gehoord te
worden. Het was vermoeiend, frustrerend en hopeloos – niet dat ik opgaf, maar
eigenlijk kon ik het niet. Ik moest, gedreven als ik ben om het recht te laten
zegevieren.
Nooit wist ik waar ik aan toe was. Er was geen duidelijkheid
of structuur; noch in de werkzaamheden, noch in mijn ‘huis’, noch in de
communicatie. Het was huilen, blokkeren, wachten, vechten en schreeuwen. Ik was
het kind van wanhoop op een nihilistische bladzijde van een zwartgeblakerd
boek, deels stervend in ondraaglijk leven.
Afhankelijk zijn van anderen die kil blijven onder jouw
diepe pijn. Mensen die jou niet zien of horen… een afschuwelijk en
onverteerbaar gevoel. Eens te meer had ik niets te zeggen. Wederom werd ik
onvrijwillig op die desolate, afgesneden zijlijn van mijn leven geworpen – de
plek waarvan ik had gezworen nooit meer te aanschouwen.
Mijn huis voelde aan alsof het me haatte en dat gevoel was
wederzijds. De post-renovatie bleek achteraf nog erger dan de renovatie zelf.
Zonder basis kon ik niet verder. Uiteindelijk heb ik alles veranderd. Na weken
van schilderen en klussen, ben ik sinds afgelopen zaterdag weer thuis. Het is
mooier geworden dan ooit: licht, zacht, strak en overzichtelijk. De slechte
vibes zijn verleden tijd. Het is weer van mij.
Veranderingen hebben een ongelooflijke, onmetelijk grote
impact op mensen met autisme. NT’ers kunnen zich de stijl hellende schaal
waarop niet voorstellen. Het is vergelijkbaar met het verlies van een geliefde:
de machteloosheid, het onomkeerbare gevoel, de tergende, allesverslindende
knoop in je maag, de uitzichtloosheid, het ontbreken aan wezenlijkheid, en
willen – maar niet kunnen – zijn.
Hoe groter en langduriger de verandering, des te
ingrijpender de impact. Een renovatie is een helse beproeving; of je nu
tijdelijk verhuisd of in een onbewoonbaar huis achterblijft zonder keuken,
toilet, douche of warm water. Ik zou mijn ervaringen van februari tot 15
december haast vergelijken met Dante’s Inferno. Gelukkig is er weer wat licht
in mijn leven.
Het advies van mijn therapeut was rust, maar ik wilde dit
met jullie delen. Wat het me heeft geleerd is dat ik nog steeds door mijn eigen
valkuilen word opgeslokt. Ik werd volledig overprikkeld en was slechts gefocust
op één ding, waarbij alle overige zaken in het niet vielen of onbereikbaar
waren. Bij het klussen zat ik vastgeroest in mijn hyperfocus. Continu denderde
ik over mijn grenzen heen om het maar zo perfect en snel mogelijk af te
krijgen. De rest bestond niet meer. Ik kon het niet, maar deed het toch. Het
enige belangrijke verschil was dat het dit keer voor mezelf was.
Onder- of overschatting, dosering en balans. Het zal nooit
evenredig opgaan. Ik ben op die wijze samengesteld. Voor nu ga ik proberen
mezelf enigszins terug te vinden. Ik zoek de rust in de zijslagen van mijn
hartslag en het fluisterlicht in de wieg van mijn ooghoek. Een glimlach
verborgen, doch voelbaar aanwezig…
Tekst: AutiBox
Illustratie: Thiago Bianchini
Reacties
Een reactie posten